Veelgestelde vragen over milieueffectrapportage en indienen zienswijze

24 februari 2020

Begin februari werd bekend dat het project Lob van Gennep verder gaat met drie alternatieven. Voor deze drie alternatieven gaat onderzocht worden wat de milieueffecten zijn. Daarom is een procedure voor een milieueffectrapportage opgestart. Benieuwd wat dit inhoudt, en wat het precies betekent om hierop een zienswijze in te dienen? Lees het in onderstaande vragen en antwoorden.
 

Veelgestelde vragen bij start milieueffectrapportage

1. Wat gebeurt er de komende periode?

In 2020 gaan we de drie alternatieven uitwerken. Vanachter de tekentafel, want er is nog flink wat reken- en tekenwerk nodig. Maar we zitten ook rond de tafel met mensen uit het gebied in werkateliers en omgevingswerkgroepen. We zoeken bijvoorbeeld uit hoe de dijken er bij de verschillende alternatieven gaan uitzien en hoe breed en hoog de dijken worden. Ook onderzoeken we wat de effecten van elk alternatief op milieu en leefomgeving zullen zijn. Pas na het uitwerken van de alternatieven en effectonderzoeken kan aan het eind van de verkenning, in 2021, een zorgvuldig afgewogen keuze worden gemaakt. Die keuze legt de Stuurgroep voor aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat.

2. Heeft de Stuurgroep een voorkeur voor een van de alternatieven?

Nee, de Stuurgroep heeft geen voorkeur. De drie alternatieven worden gelijkwaardig uitgewerkt en onderzocht. Eind 2021 legt de Stuurgroep een voorkeursalternatief voor aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat. De minister neemt uiteindelijk de voorkeursbeslissing.

3. Zijn de drie gekozen alternatieven anders dan de alternatieven waarmee het project begonnen is?

Ja, ze zijn anders. Bij de start van de verkenningsfase presenteerde het project twee mogelijke oplossingsrichtingen: Dubbele Dijken en Verbindende Dijken met waterkerende instroomvoorziening. Die werden vergeleken met de huidige situatie. Bij die start werden tegelijkertijd mensen uitgenodigd om mee te denken en mogelijke oplossingsrichtingen aan te dragen. Uit gesprekken met mensen in het gebied kwamen we vervolgens tot 12 mogelijke oplossingsrichtingen. Daarvan worden de drie meest kansrijke nu verder uitgewerkt: Reguliere Dijken, Verbindende Dijken met vaste drempel(s) en Verbindende Dijken met waterkerende instroomvoorziening.

4. Het alternatief ‘Verbindende Dijken met waterkerende instroomvoorziening’ roept bij sommigen weerstand op. Waarom is dit alternatief ook een van de kansrijke alternatieven?

Alle drie de alternatieven die we gaan uitwerken voldoen aan de drie projectdoelstellingen. Het alternatief Verbindende Dijken met waterkerende instroomvoorziening levert de hoogste waterveiligheid op voor dit gebied (overstromingskans van 1/3.000 per jaar ten opzichte van 1/300 voor de twee andere alternatieven). We merkten tijdens gesprekken dat er inderdaad mensen zijn die tegen ‘de schuif’ zijn, maar ook dat er mensen zijn die graag de maximale waterveiligheid hebben. De drie alternatieven worden nu gelijkwaardig verder uitgewerkt en hiermee sluiten we aan bij de verschillende geluiden die we hebben gehoord.

5. Waarom zijn de aangedragen oplossingsrichtingen die buiten het projectgebied liggen afgevallen?

Alle oplossingsrichtingen zijn getoetst aan de drie projectdoelen: het verbeteren van de hoogwaterveiligheid van het gebied, het verbeteren van de waterbergende werking van het gebied (en zorgen voor een waterstandsdaling stroomafwaarts) en het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit. De oplossingsrichtingen met oplossingen buiten het projectgebied voldeden niet aan deze drie doelstellingen. Ze zorgen bijvoorbeeld niet voor verbetering van de hoogwaterveiligheid van het gebied conform de wettelijke waterveiligheidsnorm.
 

Veelgestelde vragen over indienen zienswijze

6. Wat is een zienswijze?

Een zienswijze kan gezien worden als een mening of een reactie. Bij verschillende procedures is het mogelijk om een zienswijze naar voren te brengen zoals nu voor de Notitie Reikwijdte en Detailniveau. Ook aan het einde van de verkenningsfase zijn zienswijzen op de ontwerp-voorkeursbeslissing en milieueffectrapportage mogelijk.

Door een zienswijze naar voren te brengen over de Notitie Reikwijdte en Detailniveau geef je jouw mening over de inhoud van deze notitie.

7. Waar moet de zienswijze over gaan?

De zienswijze mag over alle aspecten van het project gaan. Omdat nu de Notitie Reikwijdte en Detailniveau ter inzage ligt hebben we twee vragen geformuleerd die bij het indienen van een zienswijze kunnen helpen:

  1. Zijn er oplossingen over het hoofd gezien?
  2. Zijn er nog andere te onderzoeken effecten die in het milieueffectrapport meegenomen moeten worden?

8. Ik wil niet dat een alternatief verder uitgewerkt wordt. Kan ik dan een zienswijze indienen?

Je kan op alle aspecten van het project je zienswijze naar voren brengen, ook als je het niet eens bent met de selectie van uit te werken alternatieven. De Stuurgroep, waar de 8 samenwerkende overheden aan deelnemen, heeft drie kansrijke alternatieven vastgesteld. Deze alternatieven worden uitgewerkt, zodat de voor- en nadelen van de alternatieven goed met elkaar vergeleken kunnen worden. Op basis van deze vergelijking wordt aan het einde van de verkenningsfase een voorkeursalternatief gekozen. Een verdere selectie van alternatieven vindt om deze reden nu nog niet plaats. De zienswijzen op de Notitie Reikwijdte en Detailniveau zullen daarom nu niet leiden tot een verdere selectie van alternatieven.

9. Wat gebeurt er met mijn zienswijze?

Je krijgt een reactie op jouw zienswijze. Alle zienswijzen worden samengevat en van een reactie voorzien in een zogenaamde Nota van Antwoord. In deze Nota van Antwoord worden alle zienswijzen en reacties gebundeld. Er komen geen persoonsgegevens in de Nota van Antwoord.

10. Wie beantwoordt mijn zienswijze?

De zienswijzen zijn gericht aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat. De reactie die in de Nota van Antwoord wordt opgenomen, is uit naam van de minister. De onafhankelijke commissie voor de m.e.r. brengt een advies uit aan de minister over de Notitie Reikwijdte en Detailniveau en de zienswijzen. De reactie op de zienswijzen wordt voorbereid door het projectteam Lob van Gennep en opgenomen in een Nota van Antwoord. De Stuurgroep adviseert de minister om de Nota van Antwoord vrij te geven voor publicatie. De minister publiceert de Nota van Antwoord.

11. Moet ik nu een zienswijze naar voren brengen om straks een beroep in te kunnen stellen?

Nee. Het project bevindt zich in de verkenningsfase. Deze fase eindigt in een voorkeursbeslissing. In de voorkeursbeslissing is opgenomen welke oplossing de voorkeur heeft om verder uitgewerkt te worden. De ontwerp-voorkeursbeslissing wordt met het milieueffectrapport ter inzage gelegd, waarbij opnieuw zienswijzen mogelijk zijn. Daarna volgt de definitieve voorkeursbeslissing. Het is niet mogelijk om beroep in te stellen bij de Raad van State tegen de voorkeursbeslissing.

In de volgende fase, de planuitwerkingsfase, wordt het voorkeursalternatief verder uitgewerkt tot een ontwerp-projectbesluit. Ook hierover kan je je zienswijze naar voren brengen. Vervolgens wordt een projectbesluit genomen. Tegen het projectbesluit kan beroep worden ingesteld bij de Raad van State door belanghebbenden die een zienswijze naar voren hebben gebracht over het ontwerp-projectbesluit. Je hoeft in deze verkenningsfase dus geen zienswijze naar voren te brengen om later beroep te kunnen instellen bij de Raad van State tegen het projectbesluit.

12. Waarom moet ik nu een zienswijze naar voren brengen als dat niet nodig is om bij de volgende fase een beroep in te kunnen stellen bij de Raad van State?

Het project bevindt zich nu in de verkenningsfase. In deze fase is geen beroep mogelijk bij de Raad van State. Toch wordt in deze fase een belangrijke beslissing genomen. Uit de kansrijke alternatieven wordt aan het einde van de verkenning een voorkeursalternatief gekozen. Dit gebeurt onder andere op basis van de resultaten uit de effectonderzoeken. In de zienswijzeperiode van de Notitie Reikwijdte en Detailniveau kan je jouw mening kenbaar maken over de selectie van de kansrijke alternatieven en de te onderzoeken effecten. Door nu een zienswijze in te dienen kan je bijvoorbeeld invloed uitoefenen op de informatie waarop de alternatieven met elkaar vergeleken gaan worden.

Overige berichten